Kennis blok 3 week 3

Ondernemingen met rechtspersoonlijkheid

Als de onderneming rechtspersoonlijkheid bezit, is de onderneming zelf drager van rechten en plichten.

Zes ondernemingen met rechtspersoonlijkheid (zie art. 2:3 BW): NV, BV, vereniging, onderlinge waarborgmaatschappij en stichting

Vereisten: vaak notariele akte + inschrijving in het handelsregister

 

NV en BV

Een avn de grote verschillen: de aandelen van de NV zijn vrij overdraagbaar, voor de BV geldt in beginsel een blokkeringsregeling (waarin de overdraagbaarheid van de aandelen wordt beperkt/uitgesloten)

Organen van de onderneming:

  • Algemene vergadering van aandeelhouders -> juridische macht
  • Bestuur -> bestuurt
  • Raad van toezicht (optioneel) -> toezicht en advies (ook wel raad van commissarissen genoemd)

Structuurvennootschap:

  • Wanneer? Wanneer de vennootschap drie jaar achter elkaar aan de drie vereisten voldoet die in art 2:153/2:263 BW staan genoemd.
  • Gevolg: je moet verplicht een raad van commissarissen hebben.

Corporate Governance Code (regels voor goed bestuur)

 

Verenigingen, cooperatie en onderlinge waarborgmaatschappij

Art 2:26 lid 1 BW -> De vereniging is een rechtspersoon met leden die is gericht op een bepaald doel (meestal het behartigen van de belangen van de leden)

Vereniging mag winst maken, maar de winst mag niet onder leden worden veroordeeld (art 2:26 lid 3 BW)

Informele vereniging: niet opgericht bij notariele akte

Organen:

  • Algemene ledenvergadering
  • Bestuur
  • Raad van toezicht (optioneel)

Bijzondere soort verenigingen:

  • Cooperatie -> heeft als doel om in bepaalde stoffelijke behoeften van leden te voorzien d.m.v. sluiten van overeenkomsten met leden (agrarische sector)
  • Onderlinge waarborgmaatschappij: oefent een verzekeringsbedrijf uit t.b.v. leden

 

Stichting

Art. 2:285 lid 1 BW: een stichting is een door een rechtshandeling in het leven groepen rechtspersoon, welke geen leden kent beoogt met behulp van daartoe bestemd vermogen een in de statuten vermeld doel te verwezenlijken.

Doel:

  • Meestal ideeel/sociaal
  • Mag niet zijn het doen van uitkeringen een de oprichters/personen die deel uit maken van de organen van de stichting (bijvoorbeeld bestuur)

Organen:

  • Bestuur
  • Raad van toezicht (optioneel)

 

Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering  (Rv)

Het wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) beschrijft de rechtsgang in Nederland in het burgerlijke recht (het Burgerlijke Procesrecht).

Inhoud van de vier boeken:

  • De wijze van procederen voor de rechtbanken, de gerechtshoven en de Hoge Raad
  • Van de gerechtelijke tenuitvoerlegging van vonnissen, beschikkingen en authentieke akten
  • Van rechtspleging van onderscheiden aard
  • Arbitrage

Art. 112 Grondwet: “(…) de berechting van geschillen over burgerlijke rechten en over schuldvorderingen.”

 

Dagvaardingsprocedure (art. 78 e.v. Rv)

Wat is een dagvaarding? Een document waarin:

  • De eiser de gedaagde oproept om op een bepaalde dag voor de rechter te verschijnen
  • Een omschrijving staat de vordering die eiser op gedaagde meent te hebben

Wie stelt het op? De advocaat van de eiser

Wie overhandigd het? Een deurwaarder (art. 46 Rv)

Gericht aan? De eiser.’

 

Verzoekschriftprocedure (art. 261 e.v. Rv)

Het verzoekschrift bevat (art. 278 lid 1 Rv)

  • De voornamen, naam en woonplaats of werkelijk verblijf verzoeker;
  • Duidelijke omschrijving verzoek;
  • Gronden waarom het verzoek berust;

Het wordt door de verzoeker ter griffie ingediend en is gericht aan de rechter

Na het indienen van het verzoekschrift zullen beide partijen en eventuele belanghebbenden een oproep voor een zitting krijgen. De ander partij en eventuele belanghebbenden ontvangen bij de oproep voor een zitting een kopie van het verzoekschrift.

Als de tegenpartij het niet eens is met het verzoek, kan zijn advocaat een verweerschrift indienen.

 

Kortgedingprocedure (art 254 e.v. RV)

Wat is een kortgedingprocedure? Een versnelde procedure voor geschillen waarin een spoedeisend belang een onmiddellijke voorziening bij voorraad vereist

Wordt ingesteld bij de voorzieningenrechter

De uitspraak in kort geding is een voorlopige voorziening; de rechter geeft slecht zijn voorlopig oordel

Na uitspraak in kort geding kan voor het geschil nogmaals een gewone procedure gestart worden, de bodemprocedure. Daarin wordt definitief oordeel gegeven door de rechter.

 

Wanneer welke procedure?

Dagvaardingsprocedure of verzoekschriftprocedure? Kijk in de wet!

  • Staat in de wet de term ‘verzoek’ of ‘verzoekschrift’ -> verzoekschriftprocedure
  • Staat in de wet niks vermeldt of zie je de term ‘vordering’ staan -> dagvaardingprocedure

Kortgedingprocedure? Alleen als er een spoedeisend belang is.

 

Vereisten dagvaarding (art. 111 lid 2 Rv)

  • De datum van de betekening
  • De voornaam, naam, adres, en woon of vestigingsplaats van de eiser
  • De voornamen, de naam en het kantooradres van de deurwaarder
  • De naam en woonplaats van de verweerder
  • Omschrijving van de eis (vordering) en gronden
  • Locatie gerecht
  • De datum en tijd van de zitting waarop de rechter de zaak behandelt (rolzitting)
  • Naam en adres van de eventuele advocaat of andere gemachtigde
  • De verweren die gedaagde voordat de procedure begon tegen de eis heeft aangevoerd
  • De bewijsmiddelen en namen van getuigen